Kroniek van Holland 1478, De Frisiorum antiquitate 1590, L. Waddel 1924
De Vergeten Geschiedenis van de Reuzen: Mythe, Migratie en Vestiging
De legenden over de vroege geschiedenis van Europa onthullen een wereld waarin mythologie en historische feiten samenkomen. Centraal in deze vertellingen staat Brutus de Trojaan, die volgens oude overleveringen rond 1103 v.Chr. Albion bereikte, een land dat hij Britannia noemde naar zijn eigen naam. Brutus bracht beschaving naar dit wilde land, gaf het zijn ‘Trojaanse’ taal en vestigde een koninkrijk dat een cruciale rol speelde in de vorming van de Arische Brits-Feniciërs, later bekend als de Britons.
De Reuzen van Albion
Bij zijn aankomst trof Brutus een eiland bevolkt door reuzen en giganten, volgens sommige bronnen afkomstig uit Assyrië. Deze immense en ruwe bewoners waren alom gevreesd en regeerden het land met brute kracht. Brutus, geholpen door zijn metgezellen, waaronder de dappere Corineus, versloeg de reuzen in een reeks bloedige gevechten. De overlevenden vluchtten en zochten een nieuw thuis aan de kusten van Neder-Saksen, nu bekend als Friesland.
De Migratie van de Reuzen
De verhalen vertellen dat de reuzen, die zichzelf de ‘Slaven’ noemden, aan land gingen in een wilde en dunbevolkte regio. Hoewel zij in eerste instantie vreedzaam waren, kwamen zij al snel in conflict met de lokale bevolking. Dit dwong hen verder te trekken, uiteindelijk naar de monding van de Maas. Hier bouwden zij een fort, Slavenburg, genoemd naar hun eigen volk. Deze vestiging markeerde het begin van hun aanpassing aan een nieuw leven in de regio, zo’n 900 jaar voor Christus.
Integratie en Verspreiding
De Slaven vermengden zich met de lokale Friezen en Neder-Saksen, wat leidde tot de vorming van een robuust en groeiend volk. Ze vestigden zich in Zuid-Holland, Zeeland en de regio rond de Maas. Deze gemeenschappen, zoals de Wilten en de Zeelanders, ontwikkelden unieke manieren van leven. In Zeeland leefden zij van visserij en zeeroverij, terwijl de Wilten handel dreven en zich toelegden op veeteelt.
Dordrecht, bijvoorbeeld, werd gesticht door een Slavenleider genaamd Dorech, en groeide uit tot een belangrijke handelsstad dankzij de strategische ligging aan de Maas en de Rijn.
Conflict met de Sicambrenen
Een nieuw hoofdstuk in deze legende ontvouwt zich met de komst van de Sicambrenen, een volk van Trojanen geleid door Francion, zoon van Hector. Tijdens hun zoektocht naar een nieuw thuis werden zij door stormen naar de Zeeuwse kust gedreven. De Slaven, wantrouwend tegenover deze nieuwkomers, zagen hen als een bedreiging. Een grote slag volgde, waarin de Slaven met veel kracht en geweld de Sicambrenen verdreven. Dit conflict versterkte het beeld van de Slaven als een onverschrokken en machtig volk.
Een Volk van Mythe en Kracht
De Slaven worden in de kronieken beschreven als groot van gestalte en sterk van aard, een volk dat leefde als jagers, vissers en krijgers. Ze bouwden forten zoals Slavenburg en Zyrickzee en breidden zich uit naar omliggende gebieden, waarbij ze een blijvende invloed uitoefenden op de vroege geschiedenis van Nederland. Door hun strategische ligging en gevechtskracht konden zij zich handhaven tegen vijandige volkeren en zich ontwikkelen tot een belangrijke kracht in de regio.
Een Erfgoed van Mystiek en Geschiedenis
Deze verhalen over Brutus, de reuzen van Albion, en de migraties naar Nederland zijn een mix van mythologie en geschiedenis. Ze werpen licht op het ontstaan van vroege Europese gemeenschappen en hun strijd om overleving en vestiging. Hoewel het moeilijk is om feit en fictie volledig te scheiden, geven deze verhalen ons een fascinerend beeld van een tijd waarin legendes de basis vormden van nationale identiteiten.
De geschiedenis van de Slaven en hun nalatenschap leeft voort in plaatsnamen, oude kronieken en de diepgewortelde mythen van Europa. Hun verhaal is een getuigenis van menselijke aanpassingsvermogen, strijdlust en het verlangen om een plek in de wereld te vinden.